“Ik wil mijn idee hier niet verkopen,” is een van de eerste dingen die Hans Kalliwoda zegt. Hans is een kunstenaar. En een pionier, zegt hij zelf. Waarschijnlijk klopt dat wel. Met zijn twaalf jaar oude tent genaamd World in a Shell – die te vinden is op het terrein van FabCity – inspireerde hij al veel mensen. Het is dan ook geen gewone tent. Nee, het is er een met zonnepanelen, windmolens en modules. Hoe zit dat met die grote, rode tent? Dit vraagt om toelichting.
World in a Shell
Van buiten valt de tent op. Door de grootte, maar vooral ook door de zonnepanelen en de windmolentjes die je erop ziet. Die panelen zijn niet zoals de zonnepanelen die wij kennen, maar rood en opvouwbaar. Het is meer een kunstwerk en heet World in a Shell – ook wel WiaS of de Shell. Hans is in gesprek met Rijkswaterstaat over duurzaamheid. Voor de tent staat Silvia met haar Bakbrommer. Ze is een vriendin van Hans en voorziet de groep van eten. “Het gesprek duurt niet lang meer hoor,” zegt ze terwijl ze de groep mango-kokostaartjes serveert.
Duurzaam maar ook vervuilend
Silvia volgt het traject van Hans en Rijkswaterstaat een beetje. Ze vindt duurzaamheid en het milieu een belangrijk onderwerp. “Vooral sociale duurzaamheid. Ik maak vegetarische en minstens biologische gerechten,” vertelt ze. “Wel tegenstrijdig dat mijn brommer vervuilender is dan een vrachtwagen.” De Bakbrommer van Silvia namelijk heeft een tweetaktmotor. “Ik ben trouwens blij dat ik de Shell eindelijk zie. Hans heeft er vier jaar lang over gepraat.” Het is niet gek dat ze de tent nu pas ziet. Vóór FabCity heeft de Shell namelijk jaren geen daglicht gezien.
Alles in de container
Zodra Hans’ gesprek met Rijkswaterstaat voorbij is, is het tijd om binnen een kijkje te nemen. Pagina’s uit zijn boek over de Shell vullen de wand en overal staan modules – vierkante delen die als lego in elkaar passen. Elke module heeft een ander doel. Zo zuivert de ene water, dient de andere als keukenfaciliteit, als toilet of als temperatuurregelaar. In het midden van de tent staat een container – een oude uit 1973. Hierin zitten accu’s voor opslag van de duurzame energie. En net zo belangrijk: de tent en alle modules passen ín de container. Makkelijk, voor vervoer én opslag.
Kinderen zijn beste bezoekers
Hans heeft een andere kijk op de wereld dan velen. Hij heeft dan ook niet per se de behoefte om met iedereen een praatje te maken over zijn Shell. “Veel mensen lopen rond als schapen, ze volgen elkaar en kijken niet naar wat er écht te zien is en gebeurt.” Enthousiaster is hij over het jonge volk. “Kinderen zijn mijn beste bezoekers. Ouders hebben vaak moeite om ze hier weer weg te krijgen,” vertelt Hans lachend. “Ook veel bewoners van het Java-eiland zelf zijn oprecht geïnteresseerd.” Dat vindt hij fijn. Het gaat hem om kwaliteit, niet om kwantiteit.
Future Pollition Lab
De Shell dient op FabCity als Future Pollination Lab. Het doel van de World in a Shell is altijd geweest om interactie, het delen van kennis en het verzinnen van oplossingen mogelijk te maken. Uit alles blijkt dat Hans het niet om de verkoop doet. Hij heeft de tent ook nooit uit eigenbelang gemaakt. “Het gaat vooral om de mensheid in het algemeen. Mensen moeten hun houding en denkwijze veranderen,” sluit Hans af. Benieuwd naar de Shell (of Hans)? Ga dan even langs FabCity, daar vind je de grote, rode, duurzame World in a Shell tot 26 juni.
Laat een reactie achter